Het origineel
Dit type rijtuig werd al in 1868 gebouwd door de Staatsspoorwegen. Daarvoor bouwde men rijtuigen met rechte zijwanden (art. M-219) maar al snel schakelde men over op gebogen zijwanden. De SS bouwde tot 1889 ruim 211 rijtuigen zonder zijruiten (art. M-210). In totaal 27 daarvan waren voorzien van een remhuis (art. M-211).
Vanaf 1871 zijn ook 40 rijtuigen met zijruiten gebouwd (voorbeeld van deze bouwset) waarvan 10 met een remhuis (art. M-213).
De NBDS bouwde gelijke rijtuigen zonder zijruiten maar bracht vanaf 1910 bij meerdere exemplaren alsnog ruiten naast de deuren aan (zie verderop voor overzicht).
Een tweetal daarvan werd ingericht als rijtuig voor 3e en 4e klasse (CD 48,50) waarbij behalve beschildering, zover bekend niets werd veranderd aan het rijtuig. Het voeren van 4e klasse zitplaatsen was nodig vanwege nieuwe Duitse eisen.
In 1936 ging bij NS de laatste uit deze serie buiten dienst..
Kleuren:
Oorspronkelijk waren deze rijtuigen bruin, vanaf 1917 werden ze bij revisie groen geschilderd. Het lijstwerk, handgrepen, onderstel, dakluchters waren steeds zwart, de gastank lichtgrijs en de schuivende ramen in de deuren blank gelakt hout.
Handleiding en extra gegevens:
Download hieronder de handleiding. Hierin opgenomen is extra informatie over de wijzigingen, nummerseries, opschriften en meer.
|
Normale prijs
€75,00
Normale prijs
Eenheidsprijs
per
|
|
Kan beschikbaarheid voor afhalen niet laden |
|---|
De tweeassige rijtuigen liepen rond 1900 met name in stoptreinen en de 3e klasse rijtuigen ook in de sneltreinen samen met drieassige rijtuigen. Rond 1920 deden ze met name dienst in de stoptreinen zonder toiletten.
Bij NS bleven ze dezelfde diensten rijden, meestal samen met een oud drieassig AB rijtuig zonder toilet.
Ook liepen ze als enig rijtuig vooraan de trein direct achter de bagagewagen in meerdere goederentreinen. Eind jaren '30 stonden ze vaak op reserve maar vele werden dagelijks "in de spits" ingezet voor werklieden vervoer met fabrieksarbeiders.
Met de komst van nieuw materieel waren ze vanaf 1930 overbodig en kort voor 1940 waren ze vrijwel allemaal afgevoerd.
U kunt de vele varianten naar wens combineren, voor de dienstindeling was alleen het aantal zitplaatsen van belang en die was vrijwel vrijwel gelijk (50 personen).
De tweeassige AB rijtuigen zijn na 1925 met name als BC ingezet, vele werden toen al gesloopt.
Het voorbeeld van dit rijtuig werd gebouwd door de Staatsspoorwegen en de NBDS. Deze laatste bouwde er enkele om tot gemengd 3e+4e klasse rijtuig (alleen verkrijgbaar in de set van 6 NBDS rijtuigen).
Zie verder naar beneden voor meer informatie over het origineel, de inzet van de tweeassige rijtuigen, tabellen met nummers e.d..
Het origineel
Dit type rijtuig werd al in 1868 gebouwd door de Staatsspoorwegen. Daarvoor bouwde men rijtuigen met rechte zijwanden (art. M-219) maar al snel schakelde men over op gebogen zijwanden. De SS bouwde tot 1889 ruim 211 rijtuigen zonder zijruiten (art. M-210). In totaal 27 daarvan waren voorzien van een remhuis (art. M-211).
Vanaf 1871 zijn ook 40 rijtuigen met zijruiten gebouwd (voorbeeld van deze bouwset) waarvan 10 met een remhuis (art. M-213).
De NBDS bouwde gelijke rijtuigen zonder zijruiten maar bracht vanaf 1910 bij meerdere exemplaren alsnog ruiten naast de deuren aan (zie verderop voor overzicht).
Een tweetal daarvan werd ingericht als rijtuig voor 3e en 4e klasse (CD 48,50) waarbij behalve beschildering, zover bekend niets werd veranderd aan het rijtuig. Het voeren van 4e klasse zitplaatsen was nodig vanwege nieuwe Duitse eisen.
In 1936 ging bij NS de laatste uit deze serie buiten dienst..
Kleuren:
Oorspronkelijk waren deze rijtuigen bruin, vanaf 1917 werden ze bij revisie groen geschilderd. Het lijstwerk, handgrepen, onderstel, dakluchters waren steeds zwart, de gastank lichtgrijs en de schuivende ramen in de deuren blank gelakt hout.
Handleiding en extra gegevens:
Download hieronder de handleiding. Hierin opgenomen is extra informatie over de wijzigingen, nummerseries, opschriften en meer.
