Messing bouwset bagagewagen NS / SS (1909-1961) Art. M-260

Ga direct naar productinformatie
1 van 3

Inzet voor goederentreinen en afvoer

Midden 1951 werd een deel van deze wagens aangewezen voor dienst in goederentreinen. Daartoe werden ze vernummerd en van een kolenkachel voorzien. Goederentreinen hadden immers geen doorgaande stoomleiding waardoor de aanwezige stoomverwarming niet langer bruikbaar was.
De wagens D4001-4061 kregen bij deze aanpassing de nieuwe nummers Dg 3901-3940. In februari 1952 werd besloten ook de resterende wagens aan te wijzen voor goederendiensten als NS Dg 3941-3969. Door oorlogsomstandigheden, ongevallen enz. waren na de oorlog 29 exemplaren verdwenen.
Na 1956 vervielen de gastanks omdat NS stopte met gebruik van gasverlichting. Voortaan gebruikte men in de wagen alleen nog losse batterijlampen.

Rond 1955 gingen de meeste wagens buiten dienst na de instroom van de nieuwe stalen Dg bagagewagens. In 1957 waren de volgende wagens nog in dienst, alle voor goederentreinen:
3907, '21, '27, '29, '32, '35, '39, '41, '42, '45, '53, '54, '56, '58, '63, '69. De meeste hiervan werden in 1958 afgevoerd. De laatste 3 wagens waren D 3950 (1962 niet verbouwd), 3953 (1960, was omgebouwd zonder huisje en uitkijken) en 3969 (1960, zonder hoge kast).

Verbouwingen

Na1935 was de hoge uitkijk kast was niet langer noodzakelijk voor de treindienst door het wijzigen van voorschriften. Bij grote revisies na 1935 werd daarom soms de hoge kast verwijderd. Daarbij moest dan ook het interieur worden verbouwd. Dit gebeurde in ieder geval bij D 4036 (later NS Dg 3918), D 4055 (Dg 3932), D 4088 (in 1945 naar Roemenië, in 2004 naar spoorwegmuseum), D 4098 (Dg 3969).

In 1948 werd als proef NS D 4094 (later Dg 3966) verbouwd waarbij zowel de hoge kast als de zijkasten werden verwijderd. De wand tussen de roldeuren werd vrijwel geheel opnieuw opgebouwd, net als het interieur. De ombouw was vrij ingrijpend maar is uiteindelijk bij minstens 3 wagens uitgevoerd waaronder D 4078 (Dg 3953).

Veruit de meeste wagens bleven uiterlijk echter vrijwel ongewijzigd tot afvoer. Daarbij werd meestal wel een meer eenvoudige aanpassing gedaan om de levensduur van de slijtage gevoelige hoge- en zijuitkijken te verlengen. Hierbij werden die met plaatijzer bekleed. Dit gebeurde al vanaf 1935. Soms werd toen ook het hondenhok verwijderd dat al jaren niet meer gebruikt werd en werd de deur hiervan dichtgemaakt. Uiteindelijk bepaalde de toestand van de wagen bij binnenkomst in de werkplaats min of meer wat er mee ging gebeuren. Men wilde met zo min mogelijk kosten de wagens op de baan houden.

Uiterlijke wijzigingen:

1922: Laag gelegen luchtslangen, lage sluitseinijzers volgens RIC
1923: Lijnogen op dak vervallen, handgreep op dak hoge uitkijk vervalt
1926: Trap met handgrepen op kop en overloopplank aan dak vervallen
1930: Aanbrengen extra haak voor roldeursluiting
1945: Lange treeplanken vervallen na revisie
1951: Aanbrengen kolenkachel, bij vrijwel alle wagens de kopdeuren vastzetten. Daarbij vervielen de steuntjes naast de deur, de overloopplaat en de deurkruk.
1956: Gastanks verwijderd na revisies

Nummerseries

Staatsspoor: NS na 1924 Bouwjaar
SS 401-410, na 1921 NS D 4001-4010 (bouwjaar 1909)
SS 411-420, na 1921 NS D 4011-4020 (bouwjaar 1910)
SS 421-440, na 1921 NS D 4021-4040 (bouwjaar 1912)
SS 441-488, na 1921 NS D 4041-4088 (bouwjaar 1914)
SS 489-498, na 1921 NS D 4089-4098 (bouwjaar 1915)
De eerste 10 wagens werden geleverd met gasgloeilicht en hadden de roldeur aan beide zijde op ca. 750mm vanaf de hoek (niet uit deze set te bouwen). Bij de overige wagens werd dit ca 1500mm. Deze kregen alle bij levering persgas verlichting.

Normale prijs €95,00
Normale prijs Aanbiedingsprijs €95,00
Aanbieding Uitverkocht

De bouwset bestaat vrijwel geheel uit messing etswerk. Ook alle handgrepen enz. zijn meegeleverd als etswerk. Voorzien van alle benodigde onderdelen zoals messing aspotten, buffers, ventilatoren en opschriften.
Door een constructie met instellende assen is het met deze lange drieasser mogelijk door "standaard" fabrieksbogen te rijden.

Download hieronder de handleiding als PDF bestand:
M-260 handleiding deel 1- tekst v1.1.2019
M-260 handleiding deel 2 - tekeningen v1.1.2019

Het voorbeeld, serie NS D 4011-4098 (ex SS 411-498).

De eerste tien bagagewagens van dit type werden in 1909 in dienst gesteld voor inzet in de internationale sneltreinen. Daarbij konden ze gekoppeld worden aan de vierassige rijtuigen met vouwbalgen, de doorgangsrijtuigen. Pas enkele jaren later liet de SS vierassige bagagewagens met vouwbalgen bouwen en werden deze wagens uit de belangrijkste D-trein diensten gehaald. Ze bleven geschikt voor buitenlands verkeer en werden hierbij ook nog vaak ingezet. Het meest werden ze gebruikt voor de binnenlandse sneltreinen met drie- en vierassige couperijtuigen.

Nadat NS vanaf 1932 nieuwe stalen bagagewagens liet bouwen zakte de drieassers wat meer af naar o.a. stoptreinen maar ze bleven ook onmisbaar voor vele treinen met vierassig materieel. Eind jaren '30 werden ze praktisch in alle treinsoorten wel gebruikt. Zo reden ze ook in lokaaltreinen bestaande uit o.a. oud NCS materieel. Door de omvang van de serie kon men ze bij praktisch overal wel aantreffen.

Ga verder omlaag voor meer informatie.

Inzet voor goederentreinen en afvoer

Midden 1951 werd een deel van deze wagens aangewezen voor dienst in goederentreinen. Daartoe werden ze vernummerd en van een kolenkachel voorzien. Goederentreinen hadden immers geen doorgaande stoomleiding waardoor de aanwezige stoomverwarming niet langer bruikbaar was.
De wagens D4001-4061 kregen bij deze aanpassing de nieuwe nummers Dg 3901-3940. In februari 1952 werd besloten ook de resterende wagens aan te wijzen voor goederendiensten als NS Dg 3941-3969. Door oorlogsomstandigheden, ongevallen enz. waren na de oorlog 29 exemplaren verdwenen.
Na 1956 vervielen de gastanks omdat NS stopte met gebruik van gasverlichting. Voortaan gebruikte men in de wagen alleen nog losse batterijlampen.

Rond 1955 gingen de meeste wagens buiten dienst na de instroom van de nieuwe stalen Dg bagagewagens. In 1957 waren de volgende wagens nog in dienst, alle voor goederentreinen:
3907, '21, '27, '29, '32, '35, '39, '41, '42, '45, '53, '54, '56, '58, '63, '69. De meeste hiervan werden in 1958 afgevoerd. De laatste 3 wagens waren D 3950 (1962 niet verbouwd), 3953 (1960, was omgebouwd zonder huisje en uitkijken) en 3969 (1960, zonder hoge kast).

Verbouwingen

Na1935 was de hoge uitkijk kast was niet langer noodzakelijk voor de treindienst door het wijzigen van voorschriften. Bij grote revisies na 1935 werd daarom soms de hoge kast verwijderd. Daarbij moest dan ook het interieur worden verbouwd. Dit gebeurde in ieder geval bij D 4036 (later NS Dg 3918), D 4055 (Dg 3932), D 4088 (in 1945 naar Roemenië, in 2004 naar spoorwegmuseum), D 4098 (Dg 3969).

In 1948 werd als proef NS D 4094 (later Dg 3966) verbouwd waarbij zowel de hoge kast als de zijkasten werden verwijderd. De wand tussen de roldeuren werd vrijwel geheel opnieuw opgebouwd, net als het interieur. De ombouw was vrij ingrijpend maar is uiteindelijk bij minstens 3 wagens uitgevoerd waaronder D 4078 (Dg 3953).

Veruit de meeste wagens bleven uiterlijk echter vrijwel ongewijzigd tot afvoer. Daarbij werd meestal wel een meer eenvoudige aanpassing gedaan om de levensduur van de slijtage gevoelige hoge- en zijuitkijken te verlengen. Hierbij werden die met plaatijzer bekleed. Dit gebeurde al vanaf 1935. Soms werd toen ook het hondenhok verwijderd dat al jaren niet meer gebruikt werd en werd de deur hiervan dichtgemaakt. Uiteindelijk bepaalde de toestand van de wagen bij binnenkomst in de werkplaats min of meer wat er mee ging gebeuren. Men wilde met zo min mogelijk kosten de wagens op de baan houden.

Uiterlijke wijzigingen:

1922: Laag gelegen luchtslangen, lage sluitseinijzers volgens RIC
1923: Lijnogen op dak vervallen, handgreep op dak hoge uitkijk vervalt
1926: Trap met handgrepen op kop en overloopplank aan dak vervallen
1930: Aanbrengen extra haak voor roldeursluiting
1945: Lange treeplanken vervallen na revisie
1951: Aanbrengen kolenkachel, bij vrijwel alle wagens de kopdeuren vastzetten. Daarbij vervielen de steuntjes naast de deur, de overloopplaat en de deurkruk.
1956: Gastanks verwijderd na revisies

Nummerseries

Staatsspoor: NS na 1924 Bouwjaar
SS 401-410, na 1921 NS D 4001-4010 (bouwjaar 1909)
SS 411-420, na 1921 NS D 4011-4020 (bouwjaar 1910)
SS 421-440, na 1921 NS D 4021-4040 (bouwjaar 1912)
SS 441-488, na 1921 NS D 4041-4088 (bouwjaar 1914)
SS 489-498, na 1921 NS D 4089-4098 (bouwjaar 1915)
De eerste 10 wagens werden geleverd met gasgloeilicht en hadden de roldeur aan beide zijde op ca. 750mm vanaf de hoek (niet uit deze set te bouwen). Bij de overige wagens werd dit ca 1500mm. Deze kregen alle bij levering persgas verlichting.

Alle details bekijken